Beperkingen en Schulden, een lastige combinatie

Gepubliceerd op 3 maart 2021 om 21:27

Met enige regelmaat hoor of lees ik over mensen met een beperking die daarnaast ook nog eens financiële problemen hebben. Meestal zijn het mensen die qua verstandelijke vermogens onder het gemiddelde zitten en bij ingewikkelde zaken hulp nodig hebben.

Verder zijn het mensen die net als bijna iedereen, een gewoon leven leiden, een gezin hebben en een baan. Tenminste als er niets gebeurt dat hen in de war brengt.

De start gaat meestal wel goed

De verhalen beginnen meestal wel goed. Iemand heeft bijvoorbeeld via VSO een opleiding afgerond of een certificaat gehaald waarmee ze aan de slag kunnen. Al dan niet met hulp, lukt het dan meestal wel om ergens aan de slag te gaan. Er vormt zich een gezinnetje met kinderen, een huis en alles lijkt goed te verlopen. Als ze mondig genoeg zijn, krijgen ze hulp als het nodig is. Bijvoorbeeld op financieel vlak, belastingen of andere officiële zaken waar elke burger mee te maken krijgt.

Kortom, met een beetje hulp loopt alles prima.

Maar dan gebeurt er iets wat niet past in het rustige leventje. Dat kan een scheiding zijn, het overlijden van ouders of andere familie of een plotseling ontslag. Zoiets is voor niemand leuk en voor iedereen betekent het dat je een tik krijgt waar je mee om moet leren gaan.

 

Als ineens alles anders wordt

Voor mensen met een lagere intelligentie weerstand kan het veel meer betekenen. Die kunnen blijvend van slag zijn, ander (vaak agressief of onvoorspelbaar) gedrag gaan vertonen en niet zelden klapt daarmee het rustige leventje in elkaar. De regelmaat is weg, soms valt het gezin uit elkaar en als je je baan verliest vallen ook de financien weg en langzaam groeien dan de schulden. Mensen worden uit hun huis gezet, moeten terugvallen op familie die er misschien niet is of niet wil helpen. Als er dan niet direct hulp en ondersteuning komt, komt vanzelf het moment dat een bewindvoerder de financien overneemt. De mensen gaan zwerven, worden soms dakloos, de boosheid en de frustratie groeit en de kans op verbetering wordt steeds kleiner. Inkomen is veranderd in een uitkering en schuldsanering duurt vaak lang voordat het effectief wordt ingezet.

 

Het hoeft niet fout te gaan

Terwijl het allemaal ook goed had kunnen gaan. Als er maar een oogje in het zeil gehouden was. Bij mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt of zelfs tot de hele maatschappij, is de begeleiding eigenlijk nooit klaar. De maatschappij is er nog steeds onvoldoende op ingericht. En dat terwijl participatie, het deelnemen aan het maatschappelijke leven in het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap, juist stevig is uitgewerkt (VN, 2006a, 2006b).

Ten aanzien van de positie van mensen met beperkingen in de samenleving gaat het Verdrag uit van het sociale model. Kern van dit model is dat het hebben van een beperking niet gezien wordt als een individueel probleem, niet als een handicap die jou als mens buiten de samenleving plaatst, maar als een probleem dat in de samenleving ligt. Het probleem van de handicap is het gevolg van maatschappelijke, culturele of fysieke barrières. De samenleving moet zich dus aanpassen aan de persoon met beperkingen, niet andersom.”

 

Alleen de Particpatiewet is niet genoeg

Er is dus nog wel wat werk aan de winkel als de samenleving zich aan moet passen. In Nederland kennen we sinds 1 januari 2015 de participatiewet en daarmee zijn er weliswaar veel mogelijkheden geschapen maar tegelijkertijd is de uitvoering verschoven naar de gemeenten. Dat heeft het er niet makkelijker op gemaakt. De ene gemeente is tenslotte de andere niet. Misschien mogen we het geen willekeur noemen maar een gelijke behandeling in heel Nederland is nog een verre utopie. Niet in de laatste plaats omdat éénderde van alle Nederlandse gemeenten haar begroting niet rond krijgt, waardoor de kwetsbare groepen het eerst geraakt worden.

 

Daarnaast kan de financiële kennis bij de hulpverlening best verbeterd worden. Natuurlijk zijn er specialisten bij elke gemeente die ingeschakeld kunnen worden. Maar hoe mooi zou het zijn als hulpverleners, jobcoaches, WMO-begeleiders, klantmanagers en participatiecoaches zelf wat meer financiële kennis zouden hebben?

 

Daar wil je meer van weten, toch?

Ben jij zo’n coach of begeleider en loop je ook af en toe tegen financiële problemen aan van je cliënten en wil je daar meer over weten? Schrijf je dan in voor de MasterclassThuisadministratie en budgetteren. Daarin leer je hoe je cliënten kunt ondersteunen, maar vooral kunt leren hoe zij hun financiën op orde kunnen krijgen en houden.

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.